De 19 deelnemers, 7 uit België en 12 uit Nederland, waren Mark Alderweireldt met zijn gezin, Deborah Alfarez, Tibor Bunt, Christa Deeleman, Frederik Hendrickx met vriendin, Boudewijn Heuts, Marc Janssen, Herman de Koninck, Peter Koomen, Fabienne Naber, Wim Polder, Beb Roelofs-Ditters, Stef Schreuder, Piet en Liesbeth Tutelaers. Rond 10.00 uur stroomden de meeste deelnemers binnen bij de ingang van het ponyterrein die we voor de zekerheid met een tekening van de Mijnspin hadden gemarkeerd. Omdat ik zaterdag ochtend niet meer gerekend had op een e-mail konden we Peter helaas niet afhalen van het station in Eindhoven zodat deze arme stakker met het openbaar vervoer naar Soerendonk moest komen. Gelukkig kon Peter met ons communiceren via de GSM van Stef zodat we hem als hij in Soerendonk arriveerde daar zouden kunnen ophalen. Maar dat bleek niet nodig omdat Peter er de voorkeur aan gaf om te voet naar het verzamelpunt te komen.
De deelnemers vormen een gemêleerd gezelschap. Zo zijn er de fanaten die zich vol overgave op het vangen van interessante soorten storten en de lieden waarvoor het leggen van contacten met andere mensen die geïnteresseerd zijn in spinnen de belangrijkste motivatie is om naar De Baronie Cranendonck af te reizen (zie foto). Ik heb de indruk dat mede door het fraaie weer beide groeperingen aan hun trekken zijn gekomen.
Het RIN heeft contact gezocht met de werkgroepen van de KNNV afdeling Eindhoven. Zo is ook onze net opgerichte insectenwerkgroep betrokken geraakt bij dit begrazingsproject. Van de spinnen die we er verzameld hebben, is een rapport verschenen in de SPINED van 2000. In het gebied hebben we 240 verschillende soorten verzameld waaronder zeer bijzondere zoals Atypus affinis, Alopecosa cursor, Arctosa figurata, Theridion uhligi, Zora parallela en Zora silvestris (zie foto's).
Het gebied waar we Alopecosa cursor hebben gevangen werd grondig uitgekamd (zie foto) maar ook nu bleef deze mysterieuze soort onvindbaar voor het menselijke oog. Dat is maar goed ook want anders hadden Liesbeth en ik, na al onze vergeefse zoekpogingen, ons behoorlijk te kijk gezet gevoeld. In de vergraste hei waren volop Heidewielwebspinnen (Neoscona adianta) te vinden en Marc slaagt er zelfs in een onvolwassen vrouwtje van de Tijgerspin (Argiope bruennichi) te vangen. In totaal vangen we vandaag 28 soorten spinnen in Cranendonck (zie overzicht), waarvan het door Herman de Koninck gevangen vrouwtje van Dipoena tristis nieuw is voor het gebied.
Om 12.15 uur vertrekken we met zijn allen naar cafetaria La Ligne in Soerendonk waar we neerstrijken op het terras. Helaas voor de Belgen bleken ze hier geen trappist te schenken en moesten zij zich noodgedwongen behelpen met een Palmpje. Om 13.15 uur vertrekken we in colonne richting Stramprooierbroek en rond 14.00 uur arriveren we aan de ingang van Mariahof waar onze excursieleider Leo Korstjes al een poosje op ons stond te wachten.
Marc Janssen heeft de spinnen van het Stramprooierbroek al in 1979 grondig geïnventariseerd. Aangelokt door Dolomedes plantarius, een laagveensoort die je hier niet direkt verwacht, brachten Peter van Helsdingen en Jean-Pierre Maelfait samen met Marc een studiebezoek aan Mariahof. Tijdens dit bezoek vond men Tetragnatha reimoseri (zie foto) een soort die in Europa nog maar van enkele vindplaatsen bekend is. Al met al een zeer interessant gebied voor spinnenmensen.
Na een korte inleiding door de excursieleider stoven de fanaten naar de plek waar de Staartstrekspin gevonden is. Helaas lukte het hen niet om een nieuw exemplaar van deze geheimzinnige soort te vangen. Bij een voorverkenning van het gebied op 28 april van dit jaar lukte het Marc nog om twee subadulte mannetjes te vangen. Zou het kunnen dat het optimale habitat elders ligt? Liesbeth ving bij die gelegenheid Donacochara speciosa, een soort van vochtige terreinen die Marc nog niet op zijn lijstje had staan.
De minder fanatiekelingen wandelden al kloppend, slepend en buurtend achter de voorhoede aan. Onderweg werd menige spin verschalkt, in ieder geval beduidend meer soorten dan in Cranendonck. Ook de excursieleider deed zijn uiterste best om interessante spinnen te verzamelen (zie foto).
In totaal vangen we in Mariahof 42 soorten spinnen (zie overzicht). Van deze 42 soorten zijn er maar liefst 13 nieuw voor het Stramrooierbroek.
Peter Koomen vangt als toemaat nog een mannetje van Leiobunum blackwalli Meade, 1861 (hooiwagen) en 6 vrouwtjes en 1 juveniel van Porcellio scaber Latreille 1804 (pissebed).
Het Stramprooierbroek is rijk aan teken (Ixodes ricinus). Gelukkig hadden
de meesten van ons zich hiertegen goed gewapend en waren de paden bij de visvijvers
van Mariahof gelukkig net gemaaid. Maar in het Fijnsparrenbosje werden we toch weer met deze plaaggeesten geconfronteerd. Het exemplaar dat met Liesbeth probeerde mee te liften naar Maarheeze hebben we nog tijdig aan Peter kunnen overhandigen zodat ook dit exemplaar
veilig kan worden opgeborgen in zijn teken-collectie.
--Piet
September 2003
Janssen, M. 1979. Spinnenfauna in en rond het Stramprooierbroek. - Uitgave in eigen beheer.
Janssen, M. 1994. Vier nieuwe spinnesoorten voor de Belgische fauna.
- Nieuwsbrief Belgische Arachnologische Vereniging, 9: 82-83.
Zie ook de checklijst van het Stramprooierbroek.
Tutelaers, Piet 2000.
Spinnen uit Cranendonck,
Insectenwerkgroep KNNV Eindhoven, Spined Nieuwsbrief 15: 5-21.
Zie ook de checklijst
van Cranendonck.